zondag 5 januari 2020

Jaarwisseling: moeten we zonder vuurwerk willen? Vraagteken bij het verbieden van een exces

Happy New Year! Door buitenlandse ogen bezien, moeten ‘wij’ Nederlanders wel half mesjokke zijn, en misschien zijn ‘we’ het ook. 

Wordt het afsteken van vuurwerk het nieuwe roken? – in de zin dat er een verbod op gaat komen.

Nuchter en rationeel bekeken valt het allemaal moeilijk te verdedigen, en vooral doordat er meer en meer vuurwerk tussen zit dat echt gevaarlijk is, zeker in de handen van kids. Schade aan ogen, handen, en andere toevallige lichaamsdelen. Schade aan straatmeubilair en andere dingen, zoals auto’s, huizen en bomen. En niet te vergeten: het dierenleed. Bovendien raken mensen er veel geld aan kwijt, - geld dat ze beter aan een nieuw bankstel of aan goede doelen kunnen besteden.

Anderzijds is het vuurwerkfeestje een soort carnaval: een uitspatting waarin alles even helemaal anders gaat en waarin de ‘boze geesten’ kunnen worden verdreven, om te beginnen die van de vuurwerkafstekers zelf. 

Of er zo opnieuw een traditie dreigt te sneuvelen, kan mij persoonlijk niet zoveel schelen. Tradities veranderen nu eenmaal, en sommige verdwijnen omdat ze niet meer passen. 

Belangrijker is de vraag of we zonder dit soort excessen kunnen. Heeft ‘ons’ teveel aan energie (inclusief frustratie en aanverwanten) geen uitwegen nodig zoals het verspillend spelen met vuur(werk) tijdens nieuwjaarsnacht? 

Het dagelijks leven is ingesteld op rust en veiligheid en op een rationele inzet van middelen. Dit vergt zelfbeheersing. Vraag is: past een dergelijke orde wel bij onze levensdrift? Is verspilling niet een uitbundige manier om aan onze (ingehouden) behoefte aan exces te voldoen? Het afsteken van vuurwerk tijdens de jaarwisseling zou je zo kunnen duiden: als een culturele uitlaatklep voor ons ingehouden teveel.

Lastig. Het zou mooi zijn als het festijn zou kunnen worden ontdaan van zijn (levens)gevaarlijke varianten. Maar is dat doenlijk?